home onze vereniging activiteiten Forum verslagen Fotoalbums Contact

Daguitstap GENT - 30.08.2007

Na 2 x onze buscapaciteit te hebben aangepast, trokken wij met 75 leden, vol enthousiasme, richting stad van Keizer Karel en zijn stroppendragers.

Onze 1° halte was de St. Baafskathedraal, ontstaan op de ruines van de vroegere ST. Janskerk. Eens in de crypte bemerk je nog duidelijk een groot deel van dit Romaans kerkje. De fresco's, uitermate goed bewaard en niet gerestaureerd, zijn van het droge procéde, een werkwijze waar het schilderwerk op droge basis werd aangebracht, in tegenstelling tot de Italiaanse methode waar in natte pleister werd gewerkt. Dit laatste was moeilijker, doch rijker van kleur.

Onder impuls van Jan Hoet is hier een combinatie van een oud en een hedendaags meesterwerk te vinden. Het laat een confrontatie tussen oud en nieuw ontstaan met als thema : de kruisiging van Christus.

De preekstoel in deze kerk is van Delvaux, en is een creatie in Carrara marmer en eik. Het samenspel van marmer en hout maakt van dit spreekgestoelte een schitterend werk. In talloze herenhuizen vindt men vandaag nog unieke trappen van deze kunstenaar.

De parel van de kathedraal is evenwel de triptiek : De Aanbidding van het Lam Gods , van de gebr. Van Eyck. Dit werk wordt aanzien als het grootste primitief in de kunstwereld. Opgebouwd rond een houten kader in Baltisch hout, is gewerkt op een eiken paneel in olieverf met telkens een laag vernis. 12 jaar , aanvankelijk gestart door Hubert Van Eyck, na zijn overlijden verder afgewerkt door Jan, heeft dit werk aan tijd gekost en was klaar in 1432. De bovenzijde van het werk is door Hubert gemaakt, de onderzijde door Jan.

Het werk heeft een voorzijde en een binnenkant. Tijdens de weekdagen was het werk enkel zichtbaar aan zijn kleurloze voorzijde. Op zondag draaide men de voorzijde op zij en kwam de schitterende binnenkant vrij in al zijn kleurenpracht. 575 jaar later, laat het licht dit immense werk nog altijd schitteren.

Zelfs Leonardo da Vinci is het geheim van onze Vlaamse schilders komen ontrafelen.

Na kennismaking met een werk van Rubens, een tafereel van de H. Bavo, stapten we het St. Baafsplein over , richting Stadhuis. Dit historische pand wordt nog steeds ten volle gebruikt door het voltallige schepencollege, en herbergt tevens de gemeenteraadzaal.

Het stadhuis onderging voor de Wereldtentoonstelling van 1913 een grondige restauratiebeurt. Je vind er nog de originele onthaaltroon voor Jozef II, met gecamoufleerd toilet, naar aanleiding van zijn intrede in Gent.

Na het middageten bij Carlos Quinto was een bezoek aan " het Huis van Alijn " aan de beurt. Dit museum stelt de cultuur van het dagelijkse leven in Vlaanderen voor in de 1° helft van de 20° eeuw. Het wordt om deze reden ook het " museum van de dingen die ( nooit ) voorbijgaan " genoemd.

Opnieuw beleefden talrijke leden hun jeugdjaren, bij het kennismaken met talrijke gebruiksvoorwerpen.

Momenteel loopt er een tijdelijke tentoonstelling waarin het werk van Baeckeland, Gentenaar en ingenieur, als ontdekker van het Velox fotopapier en vooral het bakeliet wordt belicht met tal van originele stukken.

Tijd voor een rondvaart op de Gentse wateren.

Gent vanaf de waterkant moet je in een wiebelende boot zeker beleven. Je kunt er de vele heren - en pakhuizen langs de achterkant bewonderen, en zelf de overgang van diezelfde herenhuizen met de industriële sites waarnemen. Tal van leuke restaurants wisselen af met hedendaagse lofts. Het is er goed wonen en eten langs de waterkant.

Vermits Gent zich talloze keren aan Parijs wilde spiegelen, voeren wij zelf onder de St. Michielsbrug door ( van de gelijknamige Pont St. Michel ! )

Als afsluiter was een wandeling door het Patershol te smaken. Was het vroeger een arme buurt, waar pelsen werden gerooid ( met bijhorende stank ) dan is het nu een oord met talrijke restaurants, lofts en statige herenhuizen. De industriële revolutie met de toevlucht van duizenden arbeiders maakte van Gent de bakermat van de socialistische beweging. Wij denken aan Eduard Anseele als voornaamste socialistische voorman in Vlaanderen. Het was ook te Gent dat de strijd ontstond tegen de verfransing van Vlaanderen na de onafhankelijkheid in 1831. Al in 1835 legde J.F. Willems de basis voor de stichting van het latere Willemsfonds in 1851.

Reeds in 1929 werd de Universiteit vernederlandst.

Het moet gezegd, Gentenaars zijn aardig wat koppig, wat mocht blijken uit de sappige commentaar van de gids.

Zij feesten graag , ( ken je de Gents Feesten ? ) , en zijn van mening dat als er iets goed is, je het dan ook niet moet veranderen; de laatste gemeenteraadsverkiezingen bewijzen het.

Het smaakvolle streekbiertje, in het immense Vleeshuis, bracht velen nog eens tot rust.

Een geslaagde dag waar onze kennis van cultuur van dicht bij huis werd aangescherpt.

Jan Goens

 

SITEMAP