9 JULI 2009 : BEZOEK KASTEEL WIJNENDALE. |
Terug naar Käthe Kollwitz fietstocht 2009 |
De dag begint in Café - Restaurant het ' t Heuvelhof met een gezellig praatje met koffie en een stukje cake.
Om 9.50u wandelen we naar het bezoekerscentrum van het kasteel, waar we onze twee gidsen ontmoeten.
Ik ga mee met gids Guido Daled.
Vanuit het bezoekerscentrum leidt de door bomen omzoomde kasteeldreef ons naar de kasteelwallen, de ophaalbrug en de zware toegangspoort.
Het kasteel (de rechtervleugel) wordt bewoond door de familie Matthieu. Het kasteelmuseum is ingerecht in de linkervleugel |
Het kasteel werd 25 jaar geleden open gesteld. De tentoonstelling was aanvankelijk opgebouwd rond twee belangrijke gebeurtenissen die hier plaats hadden: de val van Maria van Bourgondië (van haar paard gevallen) en de breuk tussen Leopold III en zijn ministers in mei 1940.
Nu werd hier een totaal nieuwe evocatie ingericht met hedendaagse middelen en concepten.
Als thema : "Wie waren de opeenvolgende bewoners van het kasteel en meteen ook wat uitleg over de bijhorende episodes van de geschiedenis van Vlaanderen". Zo'n 1000 jaar geschiedenis wordt hier overlopen! |
Wij gaan eerst naar boven (draaitrap).
1ste zaal: Hier wordt het ontstaan van het kasteel belicht.
De oorspronkelijke burcht van Wijnendale werd aan het einde van de 11e eeuw gebouwd door Robrecht de Fries, graaf van Vlaanderen.
Dit was de kuststreek, hier ontstond handel. Robrecht de Fries beschermde en benadrukte de Torhoutse jaarmarkt.
Robrecht de Fries sticht hier ook een kapittelkerk, de kanunniken deden zijn administratie.
Oorspronkelijk stond hier een houten omwalde versterking, gebouwd in 1085 door graaf Robrecht de Fries. Gewijde van Dampierre liet ze in 1278 herbouwen, maar dan van steen.
De eerste documenten die men ter beschikking heeft betreffen Gewijde van Dampierre, Graaf van Vlaanderen.
Hij huwt op zeker ogenblik met Isabella van Luxemburg. De heerlijkheid Wijnendale gaat over naar het Huis van Namen. |
2 de zaal:
Jan I van Namen (1267 - 31 januari 1330) was een zoon van Gwijde van Dampierre, graaf van Vlaanderen en markgraaf van Namen, en diens tweede echtgenote Isabella van Luxemburg. In 1297 droeg zijn vader hem het bestuur van het graafschap Namen over, zonder de titel evenwel. Die kreeg hij pas bij de dood van Gwijde in 1305. Bij het overlijden van zijn moeder, in 1298, erfde hij van haar de heerlijkheid Wijnendale.
Hij speelde een belangrijke rol bij het organiseren van de opstand tegen de Fransen in de aanloop naar de Guldensporenslag en streed mee in de slag
Er was ook romantiek in het kasteel. Blanche van Namen (1316-1363, zuster van Jan I ), huwde met koning Magnus IV Eriksson, koning van Zweden en Noorwegen (hieronder schilderij van de mooie Blanche van Namen)
In 1300 viel het kasteel van Wijnendale in Fra nse handen.
Er is in deze zaal een groot paneel dat de Guldensporenslag beschrijft.
Guldensporenslag: Sinds zijn vader en oudere broers door de Fransen gevangen genomen waren, wachtte Jan van Namen op het geschikte moment om de familiale belangen in Vlaanderen te herstellen. Dat kwam met de opstand van Brugge in mei 1302. Hij zond daarop zijn broer Gwijde van Namen naar Vlaanderen om de militaire leiding te verzekeren. Na de zege in Kortrijk werd hij tijdelijk benoemd tot ruwaard van Vlaanderen.
Hier is ook een "tafereel" te zien van de herovering van het Kasteel van Wijnendale (op de Fransen).
Ook een beeld van een Torhoutse schout die als verrader was opgetreden en werd onthoofd.
Tot 1366 resideerde de grafelijke familie van Namen regelmatig in Wijnendale |
3 de zaal:
Hier wordt verwezen naar de wapens van toen.
We zien o.a. een hellebaard en een goedendag.
Hier komt de persoon Boudewijn Hapkin (1111 - 1119 ) in het vizier!
Zelfs als jeugdige graaf viel er met hem niet te spotten. Amper twee maanden na zijn aanstelling, liet hij, naar men verhaalt, een roofridder levend koken op de markt van Brugge. Hij werd gevreesd voor zijn strenge optreden tegen boeven, roofridders en rebellerende edelen. Ook op het einde van zijn leven bleef Boudewijn VII Wijnendale trouw, hij stierf als Graaf van Vlaanderen toen hij onderweg was naar zijn kasteel hier .
Nog een verhaal over Boudewijn Hapkin en zijn rechtspraak.
Ridder Hendrik van Calloo en enkele bevriende ridders beroofden kooplieden die zich naar de jaarmarkt van Torhout begaven .Ze volgden hen, en ter hoogte van het bos ter Leepe overvielen ze de verraste kooplieden, vermoorden hen en maakten zich meester van het fameuze koffertje edelstenen, evenals van hun gordels rijkelijk gevuld met gouden en zilveren munten.
Hierop liet de graaf de ridder en zijn gezellen door zijn wachten gevangen nemen en in Wijnendale opsluiten. Het vonnis was vlug geveld, want reeds 's anderendaags liet hij de gevangenen in een van de zalen van het kasteel samenbrengen. Niettegenstaande de families van de ridders veel geld beloofden om de roofridders vrij te kopen, verzon Boudewijn Hapkin een vernuftig plan , een truc. Hij gebruikt de "biechtstoeltactiek".
Een voor een wordt bij hem geroepen en door een list ertoe gebracht om de volgende op te knopen. Alleen de laatste bleef dus over en ook hier kon Boudewijn "zijn handen rein houden". Daar gebood hij hem op een tafel te gaan staan en zelf rond de hals de strop te leggen en deze vast te maken aan een balk in het plafond. Dan had Boudewijn enkel een duwtje aan de tafel te geven en ondergingen alle moordenaars de straf die voor struikrovers was voorzien. De gestolen goederen werden aan de knechten teruggeven met het bevel deze aan de wettige erfgenamen terug te bezorgen.
|
4 de zaal : Nu gaan we naar de 15d en 16 de eeuw.
Wat betreft het gebouw: in het begin van de 15de eeuw werd het kasteel voorzien van een dikke walmuur, een monumentale ingangspoort en een stenen omheining. Rond 1580 werd het bezet door Spaanse troepen, later door de legers van Lodewijk XIV.
En nu over de (belangrijke) mensen die er verbleven!!
Na een periode van verwaarlozing verkocht graaf Jan III van Namen in 1407 de burcht en de heerlijkheid aan de Bourgondische hertog Jan zonder Vrees. Die schonk het drie jaar later op zijn beurt aan zijn schoonzoon, graaf (en vanaf 1417 hertog) Adolf II van Kleef, als onderpand voor de bruidsschat van zijn dochter Maria.
Hier een stukje (familiegeschiedenis , geschiedenis van het kasteeel van Wijnendale en de stamboom die aantoont hoe Vlaanderen en Bourgondië samen komen:
Robert III van Dampierre (Robrecht van Béthune)
Lodewijk van Nevers , Trouwde met de dochter van Filips V van Frankrijk
Lodewijk I van Male en Margaretha van Artois
Lodewijk II van Male gehuwd met Margaretha van Brabant
Philips de Stoute (van Bourgondië) gehuwd met Margareta van Male, erfdochter van Vlaanderen, Artois, Franche Comté, Graafschap Bourgondië), Nevers en Rethel. (1369)
Jan zonder Vrees
Philips de Goede. Filips de Goede, ook genaamd Filips III van Bourgondië ( Dijon , 36 1 juli 139- Brugge , 15 juni 1467 ) was hertog van Bourgondië van 1419 tot aan zijn dood. Als landsheer van Vlaanderen , Brabant , Namen en heeft hij de basis gelegd van de natievorming in de Nederlanden.
Maria van Bourgondië ( niet de gekende Maria die hier van haar paard zou vallen, dit is de tante van de meest gekende maria van Bourgondië). Deze Maria trouwt met een Van Kleef.
De heerlijkheid Wijnendale is de bruidschat en zo komt het kasteel dus in handen van de familie Van Kleef.
Na een periode van verwaarlozing verkocht graaf Jan III van Namen in 1407 de burcht en de heerlijkheid aan de Bourgondische hertog Jan zonder Vrees . Die schonk het drie jaar later op zijn beurt aan zijn schoonzoon, graaf (en vanaf 1417 hertog) Adolf II van Kleef , als onderpand voor de bruidsschat van zijn dochter Maria .
Naast Maria van Bourgondiê was Karel de Stoute (geboren op 10 november 1433 te Dijon) ook een kind van Filips de Goede (met Isabella van Portugal)
Karel de Stoute heeft Maria van Bourgondië als dochter .
Schilderij"De Bruiloft van Kana".Hier zien we al die personen afgebeeld.
Hertogin Maria van Bourgondië (1457-1482), ook Maria de Rijke genoemd, dochter van hertog Karel de Stoute en Isabella van Bourbon Zij was gehuwd met aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk
Maria van Bourgondië overlijdt op 25-jarige leeftijd, ten gevolge van een val van haar paard tijdens een valkenjacht in het bos van Wijnendale. Haar 3-jarig zoontje Filips de Schone behoort haar op te volgen, maar haar echtgenoot Maximiliaan wordt regent tot de zoon 16 wordt (1493). Dit betekent het begin van het Oostenrijkse huis.
Later geeft hij de Lage Landen aan zijn zoon Filips de Schone, die op zijn beurt huwt met Joanna van Castilië (de dochter van Spanje). |
Volgens onze gids is er wel discussie over het feit of Maria hier in Wijnendale verongelukte.
Zij werd begraven in de Onze-Lieve-Vrouwekerk te Brugge , waar haar schitterende grafmonument zich bevindt, vlak naast het praalgraf van haar vader Karel de Stoute. Tijdens archeologisch onderzoek in 1979 werd haar stoffelijk overschot geïdentificeerd.
We zien in deze kamer afbeeldingen van de jacht want Wijnendale was in die tijd vooral het jachtverblijf van al deze belangrijke personen.
We zien o.a. ook een Brussels wandtapijt , een jachttafereel voorstellende, een geschenk voor Keizer Karel |
We gaan nu naar de zaal Van Kleef
In 1463 , na een erfdeling binnen de hertogelijke familie, kwam Wijnendale in handen van een jongere tak van de hertogen van Kleef: de heren van Ravenstein . Adolf van Kleef-Ravenstein en zijn zoon en opvolger Filips van Kleef verbouwden de burcht tot een schitterend jachtslot en ontvingen er vorsten en edellieden. Filips de Schone , de latere Habsburgse vorst van de Nederlanden, beschreef Wijnendale op dat moment als "het mooiste buitenverblijf in Vlaanderen".
Omdat kasteelheer Filips van Kleef in 1488 de zijde van de opstandelingen koos, richtten Duitse troepen vernielingen aan op het kasteel en het neerhof. De mooie paardenstallen, de trots van het kasteeldomein, werden platgebrand. De kasteelheer liet de schade echter herstellen en breidde zowel het kasteel als het neerhof uit. Vooral na 1523 bracht Filips van Kleef veel tijd door op Wijnendale en ontving er zijn vrienden. Bij zijn dood in 1528 werd een inventaris van het kasteel opgemaakt, dat toen drie verdiepingen en ruim vijftig kamers telde, waaronder heel wat gastenkamers.
Merk op: hoge gasten worden ontvangen in bad!!!
In deze zaal zien we projecties over hoe de kamers van het kasteel er toen uitzagen en over het leven in het kasteel in de 16 de eeuw.
In deze Bourgondische zaal zijn het plafond en de plankenvloer uit 1541 bewaard, een haard met haardplaat, een gotisch paneel met briefbladversiering en een laatgotisch deurtje en vensters
|
6de zaal.: 17 de en 18 de eeuw., een mooi gerestaureerde zolder.
In 1609 : geen rechtstreekse opvolging meer bij de Van Kleefs.
In 1610 was keizer Rudolf II namelijk overgegaan tot de investituur van Christiaan II van Saksen als heer van Wijnendale. De keurvorst nam de heerlijkheid en het kasteel ook effectief in bezit. Deze situatie duurde tot 1634 , toen een vonnis van de Geheime Raad in Brussel Wijnendale definitief toewees aan Wolfgang Willem van Neuburg.
De hertogen van Neuburg hielden het kasteel en de heerlijkheid in hun bezit van 1634 tot 1669 en opnieuw van 1690 tot 1795. In de tussenperiode 1669-1690 moest hertog Filips Willem van Palts-Neuburg Wijnendale tijdelijk afstaan aan de prinsen van Schwarzenberg als onderpand voor de definitieve verdeling van de Guliks-Kleefse erfenis, geregeld bij het Verdrag van Kleef ( 1666 )
Bij de talrijke invallen van de Franse koning Lodewijk XIV in Vlaanderen, werd Wijnendale afwisselend door Franse troepen (1668, 1675) en Spaanse (1676, 1689, 1690) bezet. In 1690 zette het Franse leger de grote middelen in en blies een gedeelte van het kasteel op. Hierbij werden onder meer de brug, de kapel en de gevangenis vernield.
In 1699-1700 liet hertog Johan Willem van Palts-Neuburg het puin ruimen en het kasteel heropbouwen. Bij die gelegenheid kwam er een nieuwe, bakstenen toegangsbrug.
De eigenaars , de hertogen van Palts-Neuburg, verbleven in hun Duitse kastelen en baatten de heerlijkheid uit als een opbrengsteigendom. Vooral de houtkap in de bossen rond het kasteel bracht hen veel geld op, gemiddeld de helft van alle inkomsten van de heerlijkheid. Ook de pachtgoederen (landerijen, molens) en rechten van de heerlijkheden (visrechten, tolrechten) brachten geld in het laatje.
Filips Willem van de Palts heeft 16 dochters gehad en door deze uit te huwelijken heeft hij zijn macht uitgebreid.
Op 28 september 1708 , tijdens de Spaanse Successieoorlog , vond in Wijnendale een militair treffen plaats tussen Franse (en Spaanse)en Geallieerde troepen (Engelsen) . De Slag bij Wijnendale kostte het leven aan 4000 Franse en Spaanse manschappen. Aan Geallieerde zijde waren 900 doden en gekwetsten te betreuren. Het kasteel zelf liep relatief weinig schade op.
We zien het wandtapijt dat "De Slag bij Wijnendale" voorstelt.
Vanaf het midden van de 18e eeuw nam de toenmalige heer, hertog Karel Theodoor van Neuburg-Sülzbach , het initiatief tot het aanleggen van een netwerk van steenwegen in West-Vlaanderen om het transport en de handel te bevorderen. Wijnendale-Torhout vormde hiervan het knooppunt.
We zien een boek in een vitrinekast, het is een origineel boek uit 1774 met beschrijving van al hun bezittingen.
Het imposante "Manscheep-Bouck van alle de Leenen ende Achterleenen", een soort kadaster van de hertogen Van Kleef die in de 15de en 16de eeuw de dienst uitmaakten op Wijnendale, heeft de oorlog en de plunderingen heelhuids overleefd. Vandaag kun je dit magnifieke werk, weliswaar achter glas en slot en grendel, bewonderen .
Een 20-tal pagina's uit het 30 centimeter dikke eigendommenoeuvre werden gedigitaliseerd en laten zich via een toetsscherm uitgebreid bestuderen. Met een simpele tik kun je kaarten selecteren, openvouwen, in- en uitzoomen en vergelijken met hun huidige toestand.
Wijnendale in de 18de eeuw
In 1792 vielen Franse revolutionaire troepen de Oostenrijkse Nederlanden binnen. De kasteelheer van Wijnendale, Karel Theodoor, liet de inboedel en archieven op karren laden en naar zijn Duitse residenties in Düsseldorf , Mannheim en München voeren. De heerlijkheid en het kasteel werden "aangeslagen" door de Franse Staat, die het beheerde als nationaal goed .
In 1811 verwoestten troepen van keizer Napoleon Bonaparte het kasteel grondig, zodat er enkel ruïnes overbleven.
In 1825, tijdens de Hollandse periode , werd het kasteeldomein openbaar verkocht aan een Waalse, industriële groep Lefebvre-Dehults . Die liet het bos van Wijnendale vakkundig leegkappen. Het faillissement van haar financier (1833) , bankier Isidore Warrocqué , noopte tot de verkoop van Wijnendale. |
We gaan langs de wenteltrap naar beneden.
Onderweg passeren we een deur met opschrift "PRIVAAT". Hier sliep onze koning Leopold III in 1940. |
Gelijkvloers ; 7de zaal . In de zaal Matthieu de Wynendale wordt de geschiedenis van de vijf generaties van de familie de Wynendale verteld. De Brusselse bankier en verzekeraar Josse-Pierre Matthieu, medeoprichter van de Société Générale, kocht Wijnendale in 1833.
Tussen 1837 en 1852 liet hij het kasteel volledig herbouwen. Hij integreerde nieuwbouw met het gedeelte van de laatmiddeleeuwse rechtervleugel.
Zijn zoon Joseph Louis Matthieu gaf in 1877 opdracht aan de Brusselse architect Felix Laureys het kasteel te verbouwen tot het geromantiseerde, middeleeuws aandoende waterslot, dat er vandaag nog staat.
Tijdens de 1ste wereldoorlog werd het kasteel bezet door de Duitsers. Ze namen ook alles van waarde mee.
In 1994 werd een schilderij teruggebracht door de nazaten van een Duitser die tijdens de Eerste Wereldoorlog deelgenomen had aan de plunderingen.
We zien familiefoto's van vijf generaties van de familie Matthieu.
De tegenwoordige bewoner van het kasteel, Jean Jaques Mathieu, is geen bankier meer. Hij is ingenieur geworden.
Hij huwde met Marie-Claire van der Elst (dochter van een ambassadeur).
Op de serviezen staat "JM". Dus de namen van de kinderen moeten altijd met een J beginnen!
|
8 ste zaal: de keuken.
De kasteelkeuken bewaart een 18de-eeuwse inrichting.
We zien er o.a. een "donderglas", een soort "barometer avant la lettre"!
Hier hangt ook het schilderij "De koning drinkt". Wanneer tijdens de 1ste Wereldoorlog het kasteel geplunderd wordt door Duitse soldaten belandt het doek in de handen van een 16-jarige soldaat. Vele jaren later staat zijn zoon, tot grote verrassing van de kasteelheer, plots op de stoep met het doek in zijn handen. Een verzoek van zijn vader op zijn sterfbed. |
9 de zaal. De plaats waar de breuk tussen Leopold III en zijn ministers plaats had in mei 1940.
Het gebeurde op zaterdag 25 mei 1940.
Koningin Elisabeth , die in De Panne verbleef, moet vluchten en logement zoekende komt ze in het kasteel van Wijnendale terecht.
Leopold was in Ieper op een vergadering van de opperbevelhebbers., dat was kort na de Leieslag en het Belgisch leger was in de problemen.
Leopold komt 's nachts in Wijnendale aan. De ministers (eerste minister Hubert Pierlot , minister van buitenlandse zaken Paul-Henri Spaak , van binnenlandse zaken Arthur Vanderpoorten en van landsverdediging generaal Denis) "zoeken" de koning (want de situatie was kritiek) en ontmoeten hem tenslotte in dit kasteel..
Hoewel de capitulatie nabij was, weigerde de koning samen met zijn ministers naar het buitenland te vluchten om daar de strijd verder te zetten. Als opperbevelhebber van het leger wilde hij bij zijn troepen blijven en zich krijgsgevangene laten nemen. Dit conflict leidde na de oorlog tot de Koningskwestie .
Leopold III in Wijnendale op 25 mei 1940
Het 'Bureau van koning Leopold III' is opgesmukt met 'Japans goud' en empiremeubels.
We zien hier ook een foto van Leopold III met pater Raskin (oom van de schrijfster Brigitte Raskin).
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was pater Raskin legeraalmoezenier in de Belgische rangen. Het waren belangrijke dagen. Meermaals las hij de mis voor Koning Leopold III , die tegen de wil van zijn ministers bij zijn volk was gebleven. Hij werd persoonlijk raadgever van de vorst. Ondertussen was hij ook leraar te Scheut, richtte het Chinese museum in, deed schilderwerk , boetseren , fotografie en maakte kaarten van China . Hij richtte een verzetsgroep op : " Leopold Vindictive 200 ". Met zijn kennis van de radiografie luisterde hij o.a. gesprekken van de Duitsers af. Legendarisch zijn de postduiven naar Engeland met een klein kokertje waarin 3 meter flinterdun papier met zeer gedetailleerde schetsen van de vijandelijke linies en tot 5.000 woorden aan uitleg.
Pater Raskin werd later gevangen genomen door de Gestapo en onthoofd in Dortmund op 18 oktober 1943
We eindigen ons bezoek In de filmzaal beneden . Daar wordt een film bekeken over de geschiedenis van het kasteel |
Besluit :
We werden hier meegenomen op een boeiende geschiedenistrip die ons duidelijk maakte dat dit kasteel en zijn bewoners doorheen onze vaderlandse geschiedenis een belangrijke rol speelden. 200 jaar Graven van Vlaanderen, 100 jaar Graven van Namen, de eeuw van Bourgondië, 200 jaar de Heren van Kleef, 165 jaar de Heren Neuburg en de breuk tussen Koning Leopold III en zijn regering op 25 mei 1940.
Maar ook het dagdagelijkse kasteelleven, van banketten tot beruchte feesten, kwam aan bod in dit museum. |
Het kasteel van Wijnendale is een waterkasteel.
|
En hier zien we onze fotograaf Wilfried die na de rondleiding nog even "wegsluipt" om foto's te maken.
Terug naar Käthe Kollwitz fietstocht 2009 |
|
|